Nieuw begin

Een artikel van Walter Roozendaal (www.muzemuzette.com) ter inspiratie van Wereldverteldag 2021.

Een nieuw begin. Ja, daar moest ik even naar zoeken. Heb ik in mijn verzameling verhalen die gaan over een nieuw begin?

Ik kwam er een paar tegen.

Tot ik opeens dacht: eindigt niet elk verhaal daarmee?

Want wanneer de strijdende held met de prinses is getrouwd, en daarmee zijn zoektocht als completer mens is geëindigd, is dat altijd een nieuw begin. We roepen dan wel iets over lang en gelukkig — maar eigenlijk weten we toch dat het in het werkelijke leven daarna pas ècht begint?

Martin Buber vertelt in zijn bundel “De Legende van de Ba’al Sjem” een prachtig verhaal over een jongetje dat in bittere armoe opgroeit en één van de meest getalenteerde leerlingen van ‘de Meester’ wordt. Hij trouwt met een misschien nog wel armer meisje, dat in wijsheid niet voor hem onderdoet.
Op hun bruiloft vertelt de Meester, schijnbaar uit het niets, een verhaal. Dat is dus een verhaal-in-een-verhaal.

Het gaat over een rijke prins, die wegvlucht uit zijn land en in een ander land met de dochter van een vooraanstaande rabbi trouwt. Tot-ie zich realiseert, dat hij zijn levenstaak heeft verzaakt en een enorme schuld op zich geladen heeft: hij heeft een heel volk in de steek gelaten, in vreselijke omstandigheden!
Pas als hij in een nieuw leven herboren wordt, en dan in armoede opgroeit, kan hij zijn schuld inlossen. Zijn leven heeft zijn zin verloren, en hij vraagt zijn lieve vrouw of hij mag sterven. “Goed’ zegt zij, “maar alleen onder de voorwaarde dat ik met jou mee mag sterven en in dat nieuwe leven opnieuw je vrouw zal zijn.”

Een driehonderd jaar oud verhaal raakt opeens aan moderne thema’s rond de mogelijkheid van een gewenst levenseinde. Altijd wanneer ik het vertel is dit het moment van de avond dat iedereen op een heel speciale manier doodstil wordt. In een diepe aandacht echt doodstil. Want inderdaad: ze sterven.

De slotzin van het verhaal-in-het-verhaal is, dat de Meester op het jonge bruidspaar wijst en zegt: “En zie, nu zijn ze weer bij elkaar…”

Publiek schrikt daar altijd even van: plotsklaps zijn ze uit het verhaal-in-het-verhaal, en zitten ze weer in het andere verhaal. En het duurt altijd even voor ze, direct na die diepe stilte, tot zich door kunnen laten dringen dat allebei de verhalen zomaar opeens met die ene zin afgelopen zijn!

Was dat dan het einde?
Nee hoor: het was het nog nooit vertelde nieuwe begin.